De Koninklijke Luchtmacht is een onderdeel van de Nederlandse krijgsmacht die verder bestaat uit de Koninklijke Landmacht, Koninklijke Marine en de Koninklijke Marechaussee. Sinds september 2005 is de naam gewijzigd in het Commando Luchtstrijdkrachten CLSK.
De taken van het CLSK zijn:
De CLSK wapenspreuk is: Parvus numero, magnus merito (Gering in aantal, groot in daden).
- het leveren van slagkracht vanuit de lucht waar en wanneer de regering dit verlangt;
- het verkrijgen en behouden van [wiki]luchtoverwicht[/wiki] met alle beschikbare wapensystemen;
- het creëren van vrijheid van handelen te land en ter zee door operaties vanuit de lucht;
- het uitvoeren van luchtverkenningsoperaties;
- het uitvoeren van internationale crisisbeheersing en humanitaire operaties;
- bijdragen aan het behoud van de internationale rechtsorde door te dreigen met inzet of zo nodig door daadwerkelijke inzet.
[h3]Korte geschiedenis[/h3]
De luchtmacht is voortgekomen uit de [wiki]Luchtvaartafdeeling[/wiki] (LVA) van de Koninklijke Landmacht, die op 1 juli 1913 op de [wiki]vliegbasis Soesterberg[/wiki] werd opgericht. Op 1 juli 1939 werd de LVA omgevormd tot de Luchtvaartbrigade. Op 26 juli 1944 werd in Londen het Directoraat Nederlandse Luchtstrijdkrachten opgericht. In 1947 werd een Chef Luchtmachtstaf aangesteld en op 11 maart 1953 werd de luchtmacht erkend als zelfstandig krijgsmachtonderdeel.
[h3]Het begin in 1913[/h3]
De voorloper van het Nederlandse luchtwapen werd in juli 1913 opgericht in de vorm van de LuchtvaartAfdeeling (LVA) op het vliegveld Soesterberg. Bij de oprichting bestond het gehele luchtwapen uit 1 vliegtuig, [wiki]de Brik[/wiki] van [wiki]Marinus van Meel[/wiki]. Enkele maanden later werd de LVA al uitgebreid met 3 Franse Farman vliegtuigen maar vanwege de snelle veroudering bestelde de regering ter vervanging diverse Nieuport en Caudron jacht- en verkenningsvliegtuigen.
[h3]De periode 1914-1918[/h3]
Nederland bleef tijdens de Eerste Wereldoorlog neutraal en de Luchtvaartafdeeling bleef dus gevrijwaard van allerlei gevechtsacties. Omdat Nederland zich neutraal had verklaard, probeerden piloten Nederlands grondgebied te bereiken indien men beschoten was. Hierdoor werd het al gauw een verzamelplaats voor allerhande typen vliegtuigen, welke geconfisqueerd werden en aan de Luchtvaartafdeeling in bruikleen werden afgedragen. Na het beëindigen van het conflict werden de toestellen of teruggegeven of indien het toestel in goede staat verkeerde, als nog aangekocht. Zodoende bleef men binnen een karig budget op de hoogte van allerlei luchtvaarttechnische ontwikkelingen die ten tijde van de Eerste Wereldoorlog in een stroomversnelling raakte.
De vliegeropleiding, oorspronkelijk alleen voorbestemd voor officieren, werd al snel vrijgegeven voor alle andere rangen. Ook werden diverse nieuwe aan de luchtvaart verwante dienstvakken opgericht zoals vliegtuigtechniek, [wiki]luchtfotografie[/wiki] en cartografie, meteorologie en navigatie en er werd een aantal nieuwe vliegvelden aangelegd bij de plaatsen Arnhem, Gilze, Venlo en Vlissingen.
[h3]De periode tussen de wereldoorlogen[/h3]
Na het einde van de 1e wereldoorlog werd door de Nederlandse regering meteen enorm op defensie bezuinigd en de opgebouwde Luchtvaartafdeeling werd bijna in zijn geheel opgeheven.
Maar toen de politieke spanning in Europa in de jaren ’30 van de vorige eeuw toenam zag de regering te laat in dat het luchtwapen weer bijna geheel opgebouwd moest worden. Vanaf 1938 werden hiertoe alle mogelijke pogingen voor gedaan maar dit stuitte op structurele problemen. Er was niet alleen een groot tekort aan vliegerinstructeurs, navigatoren en [wiki]vlieger|vliegers[/wiki] om de nieuwe met meerdere motoren uitgeruste toestellen te bemannen. Ook werd alles nog eens extra moeilijk gemaakt door een totaal gebrek aan standaardisatie en aan voorraden. Bovendien was Nederland niet het enige land dat zich in korte tijd wilde bewapenen. De internationale wapenindustrie kreeg van vele Europese landen zoveel orders binnen dat er een grote wachtlijst was ontstaan.
Vanwege de schaalvergroting werd de naam Luchtvaartafdeeling in 1938 gewijzigd in Luchtvaartbrigade. Tijdens de mobilisatie in 1939 veranderde men de naam in het Wapen der Militaire Luchtvaart bestaande uit het: 1e en 2e Luchtvaartregiment, de Luchtvaartbrigade (Depot Luchtstrijdkrachten, Luchtvaartbedrijf en Luchtvaarttroepen (Vliegveldbewaking)) en het Commando Luchtverdediging (luchtdoelartillerie en secties luchtdoelmitrailleur).
Nederland mobiliseerde toen zijn kleine strijdkrachten maar door alle bezuinigingen bestond het Wapen der Militaire Luchtvaart slechts uit 121 min of meer operationele vliegtuigen van de volgende types:
De operationele indeling van de Luchtvaartbrigade bestond uit 2 Regimenten en 1 opleidingseenheid (Luchtvaartbrigade).
Vliegtuig Type Aantal Onderdeel Locatie [wiki]Fokker G.I[/wiki] 2 motorige jager 23 11x 1e LVR / 3e JAVA, 12x 4e JAVA Waalhaven, Bergen [wiki]Fokker D.XXI[/wiki] jager 28 11x 1e LVR / 1e JAVA, 9x 2e JAVA, 8x 2e LVR / 1e JG De Kooy, Schiphol, Ypenburg [wiki]Douglas 8A3N[/wiki] lichte bommenwerper 11 11x 2e LVR / 3e JG Ypenburg [wiki]Fokker T.V[/wiki] bommenwerper 9 9x 1e LVR / BA Schiphol [wiki]Fokker C.V[/wiki] verkenner 24 4x 2e LVR / 1e VG, 7x 2e VG, 9x 33 VG, 4x 4e VG Hilversum, Ypenburg, Ruigenhoek, Gilze-Rijen [wiki]Fokker C.X[/wiki] verkenner 11 10x 1e LVR / SVA, 1x 2e LVR / 1e VG Bergen, Hilversum [wiki]Koolhoven FK-51[/wiki] verkenner 16 4x 2e LVR / 1e VG, 5x 2e Vg, 4x 3e VG, 3x 4e VG Bergen, Hilversum
Het 1e luchtvaartregiment (1 LVR) onder Commandant Luchtverdediging, generaal-majoor Best had zijn staf op [wiki]Schiphol[/wiki]. De operationele onderdelen waren gelegerd op de vliegvelden [wiki]Vliegveld De Kooy|de Kooy[/wiki], Schiphol, [wiki]Vliegveld Bergen|Bergen[/wiki] (Noord-Holland) en vliegveld [wiki]Vliegveld Waalhaven|Waalhaven[/wiki].
Het 1e LVR bestond uit de:
strategische verkenningsvliegtuigafdeling (StratVerVa)
bombardeervliegtuigafdeling (BomVa)
jachtvliegtuigafdeling (JaVA), de 1e t/m 4e JAVA
Het 2e luchtvaartregiment (2 LVR) onder Commandant Veldleger, generaal van Voorst tot Voorst had de staf in Zeist. Operationele onderdelen waren gelegerd op de vliegvelden [wiki]Vliegveld Hilversum|Hilversum[/wiki], [wiki]Vliegveld Ruigenhoek|Ruigenhoek[/wiki], [wiki]Vliegveld Ypenburg|Ypenburg[/wiki] en [wiki]Vliegveld Gilze-Rijen|Gilze-Rijen[/wiki]. Tijdens de meidagen werd echter ook gebruik gemaakt van de (hulp)vliegvelden [wiki]Vliegveld Haamstede|Haamstede[/wiki], [wiki]Vliegveld Buiksloot|Buiksloot[/wiki] en [wiki]Vliegveld De Zilk|De Zilk[/wiki].
Het 2e LVR bestond uit de:
verkenningsgroep (VG), de 1e t/m 4e VG
jachtgroep (JG), de 1e en 3e JG
De Luchtvaartbrigade, waarvan het Depot Luchtstrijdkrachten (opleidingen) niet deelnam aan de gevechten; eenheden waren gelegerd op de vliegvelden [wiki]Vliegveld Souburg|Souburg[/wiki] (Zeeland) en [wiki]Vliegveld De Vlijt|De Vlijt[/wiki] (Texel).
[h3]De periode 1940-1945[/h3]
In mei 1940 viel Nazi-Duitsland binnen in Nederland. In 5 dagen werd nagenoeg het gehele luchtwapen weggevaagd door de Luftwaffe. Dit was niet verwonderlijk want het luchtwapen was in mei 1940 nog in de opbouwfase en bestond grotendeels uit verouderde vliegtuigen.
Tijdens de eerste oorlogsdagen voerde men slechts 171 operationele vluchten uit; op 10 mei 51, op 11 mei 31, op 12 mei 48, op 13 mei 23 en op 14 mei nog 18 vluchten. De enige toestellen die daadwerkelijk tegenstand boden bleken de Fokker D.XXI en de G.I te zijn. Deze leden op de eerste oorlogsdag na enkele opmerkelijke successen al snel grote verliezen tegen de Luftwaffe. De Fokker C.V en C.X verkenners brachten met bombardementsvluchten bij Waalhaven, Ockenburg en Ypenburg de Duitse transportvloot de nodige schade toe.
95 % van de ingedeelde vliegers sneuvelde in de meidagen van 1940. Bij de bemanningen van de Fokker T.V bommenwerpers vielen de meeste slachtoffers.
Van alle gevechtsklare toestellen gingen er totaal 94 verloren. Hiervan werden 34 stuks op de grond bij Duitse luchtaanvallen vernietigd, werden 47 tijdens luchtacties neergeschoten en gingen 13 op een andere manier verloren. De overgebleven toestellen werden voor het grootste deel na de overgave aan de Duitsers in brand gestoken; de rest viel in Duitse handen.
Ondanks de numerieke minderheid boekte de Nederlandse krijgsmacht toch successen tegen de Luftwaffe. Meer dan 350 Duitse toestellen werden vernietigd; veel hiervan door luchtafweergeschut en door landingen op geïmproviseerde landingsplaatsen in Nederland. Als blijk van waardering voor hun acties verleende koningin Wilhelmina het luchtwapen collectief de hoogste militaire dapperheidsonderscheiding, de Militaire Willemsorde (MWO).
Toch ontsnapten diverse vliegers en bemanningsleden naar Engeland en in 1940 werden het 320 en het 321 Squadron onder operationeel commando van de RAF opgericht. Vanwege groot personeelsgebrek werd alles in 1941 samengetrokken tot 320 Sqn. Omdat het merendeel van de Nederlandse operationele vliegers in de strijd was omgekomen waren slechts enkelen er in geslaagd na de overgave naar Engeland te ontkomen; hierdoor bestonden de vliegers en bemanningen van 320 squadron voor een groot deel uit marinepersoneel dat niet aan de strijd in Nederland had deelgenomen. In het begin vloog het 320 sqn met ontsnapte [wiki]Fokker T.VIIIw[/wiki] toestellen van het MLD
De Militaire Luchtvaart van het Koninklijk Nederlands Indisch Leger (ML-KNIL) maakte tot 1939 deel uit van de Nederlandse LVA. Bij de mobilisatie werd het echter een autonoom onderdeel. Op papier was de sterkte van de ML-KNIL vrij groot; van het totaal aantal vliegtuigen verkeerden echter weinig in optimale staat. Bij de Japanse aanval ontbraken voor een aantal toestellen de reservedelen en stonden veel nieuwe toestellen nog gedemonteerd in de kratten.
ML-KNIL bestond uit de volgende onderdelen
Oderdeel Locatie Vliegtuigen Hoofdkwartier Soerabaja, Java (eiland), Lt.Gen LH van Oijen geen Vliegtuig grp. 1 (VLG1) Bandung (Andir), Java 22x [wiki]Martin 139[/wiki] WH-3 waarvan 11 op Samarinda, Oost Borneo en 11 op Sinkawang, West Borneo VLG2 Malang (Singosari), Java 30x Martin 139 WH-3 VLG3 Batavia (Nederlands-Indië) (Tjilitan), Java 22x Martin 139 WH-3 in Singapore en 19x Martin 139 op Kalidjati, Java VLG4 Madiun (Maospati), Java 12x [wiki]Curtiss P-40[/wiki] op Tjilitan en Perak, 16x [wiki]Curtiss CW-21[/wiki] op Andir en 4x [wiki]Brewster B-339[/wiki] op Laka, Ambon VLG5 Semplak Buitenzorg, Java 12x Brewster B-339 op Buitenzorg, 5x Brewster op Sinkawang W-Borneo, 12x Brewster B-339 en 12x Brewster B-395 op Singapore 6 Depot Vliegtuiggroep Madiun (Maospati), Java 19x [wiki]Lockheed L-18[/wiki], 2x [wiki]Lockheed L-212[/wiki], 3x [wiki]Curtiss CW-22[/wiki], 3x Fokker CX, 1x [wiki]Bücker Bu-131[/wiki] en 2x [wiki]Ryan STM-2[/wiki] Verken afd.1 (VKA1) Tjikembar, Java 12x Curtiss CW-22, 1x Fokker CX VKA2 Djokjakarta, Java 11x Curtiss CW-22, 2x Fokker C-X VKA3 Kalidjati, Java 12x Koolhoven FK-51 VKA4 Kalidjati, Java 12x Lockheed L-212 VKA5 Kalidjati, Java 12x Koolhoven FK-51
Na de Nederlandse overgave in 1940 zette ML-KNIL de strijd in Nederlands-Indië voort tot aan de Japanse bezetting in 1941. Voor heldhaftig gedrag en plichtsuitoefening werden later hiervoor militaire dapperheidsonderscheidingen toegekend. Veel personeel slaagde er na de Japanse aanval in te ontsnappen naar Australië en naar Ceylon en als resultaat hiervan werd in maart 1942 het 321 Squadron, bemand door Nederlandse vliegers, in Ceylon heropgericht.
In 1941 was de Koninklijke Nederlandse Militaire Vliegschool heropgericht; dit gebeurde in de Verenigde Staten op Jackson Field, ook bekend onder de naam Hawkins Field bij de stad Jackson in de staat Mississippi. De school vloog met geleende toestellen en verzorgde de opleiding en training voor alle Nederlandse militaire aircrews.
In 1943 werd 120 Squadron in Australië opgericht; de eveneens gemengde Nederlands-Australische eenheid was uitgerust met Curtiss P-40 Kittyhawk jagers en vloog vele missies onder Australisch commando. Het squadron werd ook zeer actief ingezet bij de herovering van Nieuw-Guinea.
In 1943 werd in Engeland het 322 Squadron opgericht en uitgerust met de [wiki]Supermarine Spitfire[/wiki]. De eenheid kwam diverse malen als RAF onderdeel in actie. Naast de RAF roundels voerden de toestellen vaak een kleine Oranje driehoek op de neus. Het squadron werd succesvol ingezet tegen invliegende V-1 vliegende bommen en voerde vanaf 1944, na de invasie aanvallen uit boven Frankrijk, België en Nederland.
In juli 1944 werd het Nederlandse Luchtmacht Directoraat in Londen opgericht.
[h3]De periode 1945-1950[/h3]
In het kader van de laatste pogingen van de Netherlands Purchasing Commission (NPC) extra jachtvliegtuigen voor de ML-KNIL aan te schaffen was in juni 1941 bij de Amerikaanse regering gevraagd om levering van 100 Bell P-39 Airacobra’s. Dit werd afgewezen; wel waren 100 Curtiss P40’s, eerder bestemd voor de RAF, beschikbaar. Om onduidelijke redenen vroeg men hierna weer om Airacobra’s en uiteindelijk had de ML geen nieuwe jagers toen de Japanners Nederlands-Indië aanvielen.
Na overgave van Java vloog ML-KNIL verder in Australië en Nieuw-Guinea met de Curtiss P-40 maar in 1945 was dit type verouderd. Daarom werd aan de Amerikaanse autoriteiten voor de heruitrusting van het 120 Squadron om 41 toestellen van het type [wiki]P-51 Mustang[/wiki] gevraagd. Deze toestellen werden geleverd uit de lopende USAAF contracten en werden af fabriek van Nederlandse kentekens voorzien. De levering was in maart, april en juni 1945 (resp.10x P-51K en 31x P-51D). Van deze 41 toestellen bereikten er 40 de ML-KNIL in Australië; ze hadden de kentekens N3-600 t/m N3-640.
In Australië werden de Mustangs bij RAAF-depots gereed gemaakt. De eerste in mei en juni 1945 - dus voor de Japanse overgave op 15 augustus - ontvangen 19 toestellen (N3-600/618) werden geleverd bij de Nederlandse Personnel and Equipment Pool te Brisbane. Na de Japanse overgave ging alles trager. De rest kwam pas tussen oktober 1945 en maart 1946 in Nederlands bezit; teken van lagere urgentie bij de RAAF en van een veranderde houding tegenover de Nederlandse koloniale ambities.
1 mei 1946 werd 121 Squadron op het vliegveld Tjililitan opgericht. Dit stond onder commando van majoor Hans Maurenbrecher, de ex-commandant van 120 Sqn. Ook het eerste personeel van het nieuwe squadron bestond uit oorlogsveteranen van 120 Sqn. De animo met de Mustang te vliegen was groot, niet in de laatste plaats bij vliegers die uit krijgsgevangenschap kwamen en probeerden zo snel mogelijk bij te komen. De eerste maanden werden besteed aan omscholing van vliegers en operationele training, waarbij veel met raketten werd geschoten. De sterkte van 121 Sqn. was 16 P-51’s, waarvan 4 reserve. Begin juli 1946 waren er 23 stuks en in oktober 26, waarvan 20 vlieggereed en er waren slechts 21 vliegers. De rest was in het depot.
Om op Sumatra over luchtsteun te beschikken en de op Medan gelegerde RAF Spitfire eenheid te vervangen, werd 1 november 1946 122 Sqn te Tjililitan opgericht. Dit had extra personeel en vliegtuigen afkomstig van 121 Sqn. Onder commando van kapitein Gerard Deibel vlogen 12 P-51’s van het 122 Sqn. en het technisch personeel op 14 november naar hun basis Polonia bij Medan. Op 19 november kwam versterking met 5 toestellen.
In 1947 werd in Nederland intussen de eerste Bevelhebber Luchtstrijdkrachten benoemd.
Medio 1947 was de politieke situatie in Indonesi? zo vastgelopen dat de Nederlandse regering opdracht gaf tot het uitvoeren van een militaire actie om belangrijke objecten op Java en Sumatra onder controle te krijgen. Op 21 juli 1947 begon de eerste van de twee Politionele Acties en de beide Mustang-squadrons vervulden hierbij een belangrijke taak. Er werden republikeinse vliegvelden aangevallen om vijandelijke luchtacties uit te sluiten en in het kader van de Actie Pelikaan viel 121 Sqn de vliegvelden Kalidjati, Tasikmalaja en Serang op West-Java aan. Bij een aanval op Tasik werd een Mustang beschadigd door vijandelijke afweer. 121 Sqn opereerde tijdens de actie vanaf Andir met 12 P-51’s en 8 vliegers. Afhankelijk van aanvragen om luchtsteun werden de Mustangs overal ingezet, onder andere bij Poerwakarta, Soemedang, Soekaboemi, Tjikampek, Tegal, Cheribon. Een bijzondere actie was de uitschakeling van vijandelijk kustgeschut op het eiland Noesa Kembangan, tijdens de bezetting van de havenstad Tjilatjap.
Nederlands-Indië hield in december 1949 op te bestaan toen de Nederlandse regering dit gebied overdroeg aan de republiek Indonesi?. Van deze overdracht bleef Nieuw-Guinea uitgezonderd.
[h3]De periode 1950-1960[/h3]
In 1951 werden de niet operationele functies bij het luchtwapen voor het eerst vrijgegeven voor vrouwelijke militairen.
In 1953 werd de Koninklijke Luchtmacht (KLu) officieel een autonoom krijgsmachtdeel en werd het Commando Luchtverdediging (CLV) opgericht. CLV bestond uit een commando voerings eenheid, 5 radarstations en 6 luchtverdedigingssquadrons. De radaruitrusting en de luchtverdedigingsjagers waren allen afkomstig uit overtollige RAF voorraden.
De Supermarine Spitfire Mk9 werd tot 1954 door 322 Sqn gebruikt maar toen meerdere nieuwe squadrons waren opgericht werd het toestel vervangen door de [wiki]Gloster Meteor[/wiki] F MkIV, die van 1948-1957 werd gebruikt door 322, 323, 324, 325, 326, 327 en 328 Sqn.
De opvolger van dit toestel, de Gloster Meteor F MkVIII werd van 1950-1959 gebruikt door 322, 323, 324, 325, 326, 327 en 328 Sqn.
Na de Nederlandse deelname aan de NAVO werd een tweede commando opgericht; het Commando Tactische Luchtstrijdkrachten (CTL); dit commando bestond uit 7 aanvalssquadrons.
Deze squadrons waren 306, 311, 312, 313, 314, 315 en 316 Sqn die allen waren uitgerust met de [wiki]Republic F-84G Thunderjet[/wiki]. De toestellen werden van 1952-1956 door de USAF geleverd in het kader van het Mutual Defense Aid Program.
Vanaf 1956-1964 opereerden 322, 323, 324, 325, 326 en 327 Sqn met de [wiki]Hawker Hunter[/wiki] F Mk4 en van 1957-1968 met de Hawker Hunter F Mk6.
Later werd CTL versterkt met 700, 701 en 702 Sqn die vanaf 1956-1964 met de [wiki]F-86 Sabre[/wiki] K “allweather” jager opereerden. Deze toestellen kregen van de vliegers de naam “Kaasjager’’.
Vanaf 1955-1970 gingen de operaties van 311, 312, 313, 314, 315 en 316 Sqn over naar de nieuwe [wiki]Republic F-84 Thunderstreak[/wiki] en 306 sqn naar de fotoverkenner versie RF-84F Thunderflash.
[h3]Het Nieuw-Guinea-conflict[/h3]
De Indonesische regering claimde Nieuw-Guinea al vanaf het einde van de Tweede Wereldoorlog. De Nederlandse regering bestreed dit en bleef het gebied als Nederlands beschouwen. Jarenlange onderhandelingen leverden geen oplossing aan en de politieke spanning nam steeds meer toe toen Indonesië aan het einde van de jaren ’50 alle diplomatieke betrekkingen verbrak.
Als antwoord ontplooide Nederland in 1958 militaire versterkingen in Nieuw-Guinea waaronder een luchtmachtdetachement dat belast werd met de luchtverdediging. Dit detachement werd gelegerd op Biak toen bleek dat Indonesische troepen hier infiltreerden ter voorbereiding van een grootschalige inval.
De eerste luchtmacht bijdrage werd de inrichting van 2 MkIV waarschuwingsradars op Biak en het nabijgelegen eilandje Woendi.
Toen de politieke situatie tussen Nederland en Indonesi? steeds slechter werd besliste de Nederlandse regering in 1960 opnieuw tot het zenden van versterking. Onder de codenaam “Plan Fidelio” werd de luchtmacht belast met het inrichten van het Commando Luchtverdediging Nederlands Nieuw-Guinea (CLV NNG). Dit bestond uit
De vliegtuigen en SAR-helikopters werden met het [wiki]vliegkampschip[/wiki] [wiki]Karel Doorman[/wiki] naar Zuidoost-Azië gebracht en een jaar later vond nog een aanvulling plaats van 12 Hawker Hunter F Mk6 toestellen die in staat waren tot het vervoeren van meer brandstof en een grotere reikwijdte hadden.
- een luchtverdedigingssquadron met 12 Hawker Hunter F Mk.4 toestellen en 2 Aérospatiale [wiki]Alouette II[/wiki] [wiki]SAR[/wiki] helikopters
- een radarnavigatiesysteem op Biak en
- een reserve airstrip bij Noemfoer
In augustus 1962 was Indonesië gereed om Nieuw-Guinea aan te vallen en de geringe omvang van de Nederlandse versterkingen was onvoldoende om een grote aanval tot staan te brengen. Mede hierdoor en door politieke druk van alle landen in de Verenigde Naties werd de Nederlandse regering min of meer gedwongen tot de overdracht van Nieuw-Guinea aan Indonesië. De terugtrekking van de Nederlandse militairen uit het gebied onder achterlating van veel vliegtuigen en voorraden werden in Indonesi? beschouwd als een grote overwinning.
Het ontstaan van het 336 (transport) squadron is nauw verbonden met de operaties in Nieuw-Guinea. Meteen na oprichting werd het squadron ingezet in Nieuw-Guinea om het luchttransport over te nemen van de marine. 336 Sqn nam 3 Dakota’s van de marine en 3 door de USAF geleverde toestellen over en opereerde vanaf de airstrip Mokmer. Hierbij werden van september 1961 t/m september 1962 meer dan 5400 passagiers en de nodige vracht vervoerd.
[h3]De koude oorlog periode tijdens de 1960's, 1970's en later[/h3]
Tijdens koude oorlog speelde de Koninklijke Luchtmacht in de NAVO een belangrijke rol in de west Europese luchtverdediging tegen het Warschaupact. Niet alleen leverde de luchtmacht 5 operationele raketgroepen (Groepen Geleide Wapens) in voormalig West-Duitsland maar ook de Nederlandse CTL [wiki]jachtvliegtuig|jachtvliegtuigen[/wiki] en andere wapensystemen waren volledig geïntegreerd in de NAVO verdediging en namen door de jaren heen deel aan vele NAVO alarmeringen, stand-by diensten en oefeningen. Daarnaast heeft de luchtmacht een rol gespeeld bij de beeindiging van de treinkaping bij de Punt in 1977.
306, 311, 312, 322 en 323 Sqn opereerden opnieuw in gewijzigde configuratie van 1962-1983 nadat de “dual role” [wiki]F-104 Starfighter[/wiki] werd ge?ntroduceerd door luitenant generaal en directeur voor het materieel van de luchtstrijdkrachten Hans Anton Maurenbrecher.
313, 314, 315 en 316 Sqn schakelden over op de [wiki]Northrop NF-5 Freedom Fighter[/wiki] in de periode van 1969-1992. De NF5 was een doorontwikkelde versie van de Northrop T-38 Talon.
Vanaf 1979 tot op heden opereren de overgebleven luchtmacht squadrons (306, 311, 312, 313, 322 en 323) met het standaard NAVO multi role-toestel de [wiki]General Dynamics F-16 Fighting Falcon|F-16 Fighting Falcon[/wiki].
[h3]Vliegtuigen[/h3]
Aanvankelijk kwam het meeste materieel nog uit Groot-Brittannië (Gloster Meteor, Hawker Hunter). Later voornamelijk uit de Verenigde Staten, mede omdat dat land in de jaren vijftig een flink deel van de vliegtuigen kosteloos leverde via MDAP[footnote]Een deel van de North American F-86 Sabre, Republic F-84 Thunderjet, Republic RF-84F Thunderflash en Republic F-84 Thunderstreak jagers is kosteloos in het kader van het MDAP verstrekt. [/footnote]. De banden met de Amerikaanse vlieguigfabrieken bleven ook daarna bestaan, want later volgden nog de Lockheed F-104 Starfighter [footnote]Van de 138 Starfighters zijn de 18 tweezitsversies kosteloos verstrekt.[/footnote] , de Northrop F-5 Freedom Fighter en uiteindelijk de General Dynamics F-16.
[h3]Geleide Wapens[/h3]
Vanaf het begin van de jaren 60 nam de luchtmacht ook deel aan de NAVO-luchtverdediging die in gordels van Noorwegen tot in Turkije werden ingericht. Dit gebeurde met de [wiki]Nike Ajax[/wiki], later vervangen door de [wiki]Nike Hercules[/wiki], tegen middelhoog- en hoogvliegende doelen en de [wiki]HAWK[/wiki] [wiki]luchtdoelraket|luchtdoelraketten[/wiki] tegen laagvliegende doelen. Voor nabijbescherming waren de [wiki]M-55 Vierling[/wiki]-mitrailleurs en het [wiki]Bofors 40L70[/wiki]-kanon en vanaf de jaren tachtig ook de [wiki]FIM-92 Stinger[/wiki] beschikbaar.
Er werden 2 groepen met Nike Hercules-raketten, een Groep Techniek en Materieel en 3 groepen met HAWK-raketten uitgerust. Elke groep bestond uit 4 squadrons. Alle eenheden werden in West-Duitsland gelegerd.
Het uitrusten van 20 operationele en 4 logistieke squadrons kostte echter zoveel mankracht, dat men in het kader van de defensienota 1974 een reorganisatie uitvoerde. De Groep Techniek en Materieel werd opgeheven. De beide Nike groepen ([wiki]Groep Geleide Wapens|1 en 2 GGW[/wiki]) werden samengevoegd tot één groep (12 GGW) met 4 squadrons. Een deel van de raketten werd herverdeeld en een deel ging terug naar de Verenigde Staten. Één HAWK-groep (4 GGW) werd opgeheven en het materieel werd verdeeld over 7 militaire vliegvelden ten behoeve van objectverdediging. Later kregen deze raketten aanvulling van het Shorad/Flycatcher[footnote]Shorad staat voor Short Range Air Defence [/footnote]-systeem [footnote]Shorad/Flycatcher bestond uit 3 Bofors 40L70-) kanonnen die door middel van een Flycatcher-radar werden geleid. [/footnote].
In de jaren tachtig was Nederland het eerste land, na de VS, dat de dure [wiki]Patriot[/wiki]-luchtdoelraket aanschafte. De haast was ingegeven omdat men zo de nucleaire taak van de Nike Hercules kon afstoten. Met de komst van de Patriot werd de organisatie andermaal aangepast tot 2 groepen (3 GGW en 5 GGW) elk met 2 Patriot- en 2 HAWK-squadrons.
[h3]Groep Lichte Vliegtuigen[/h3]
Samen met de Koninklijke Landmacht werd vanaf 1950 de Groep Lichte Vliegtuigen (GPLV) geëxploiteerd. Eerst met vliegtuigen Auster, Piper Supercubs, De Havilland Beaver en helikopters Hiller Raven, later uitsluitend met helikopters Aérospatiale [wiki]Alouette III[/wiki] en [wiki]Messerschmitt B?lkow-Blohm Bo-105C[/wiki]. GPLV verzorgde de luchtwaarnemingen voor artillerie-eenheden van de landmacht. De bemanning bestond uit een vlieger van de luchtmacht en een waarnemer van de landmacht. Ook de waarnemersopleidingen vonden plaats onder verantwoordelijkheid van de GPLV; dit gebeurde bij de Leger Lucht Waarnemer School (LLWS), later hernoemd tot Opleidings Centrum Grond-Lucht Samenwerking (OCGLS).
De naam GPLV werd in de jaren '80 van de vorige eeuw vervangen door Tactische Helikopter Groep Koninklijke Luchtmacht (THGKLu). De wijziging werd doorgevoerd omdat de lichte vliegtuigen als Auster en Beaver al lang waren uitgefaseerd en de naam beter aansloot bij de uitrusting van de eenheid. Ook werd de eenheid een volledig onderdeel van de Koninlijke Luchtmacht in plaats van een gedeelde eenheid. Enkele jaren later werd THGKlu door de vele reorganisaties nogmaals gewijzigd in Groep Helikopters (GPH).
In juli 2008 zijn de voormalige Groep Helikopters (GPH) en de Marine Luchtvaartdienst (MLD) opgegaan in het nieuwe [wiki]Defensie Helikopter Commando[/wiki] (DHC) en in zijn geheel ondergebracht in de luchtmacht organisatie.
[h3]AWACS[/h3]
Sinds 1983 levert de luchtmacht ook vliegers, gevechtsleidings- en onderhoudspersoneel voor de [wiki]Boeing E-3A Sentry[/wiki] AWACS-vliegtuigen die worden ingezet door de NAVO.
[h3]Huidige organisatie (2008)[/h3]
Het einde van de Koude Oorlog had voor de luchtmacht zeer ingrijpende gevolgen. Van de 9 squadrons gevechtsvliegtuigen (F-16) werden er 2 opgeheven en 1 (verkleind) nog uitsluitend bestemd voor opleidingen. Diverse onderdelen werden opgeheven en wapensystemen werden verkocht.
De veranderde internationale situatie beïnvloedde tevens de algehele strategie, sterkte en inzetmogelijkheden van het CLSK.
De huidige luchtmachtorganisatie bestaat uit de luchtmachtstaf, gevestigd in Breda en 11 onderdelen in Nederland.
Onderdeel Soort Squadrons Opmerking Hoofdkwartier Commando Luchtstrijdkrachten Luchtmachtstaf geen Staf, administratieve en facilitaire diensten.
Adres - HKCLSK, Westbroek 3, 4822 ZX Breda[wiki]Air Operations and Control Station Nieuw Milligen[/wiki] (AOCS NM) Operationele commandovoering 710,
711,
970Vanaf 2009 tevens vredeslocatie van luchtmobiele NAVO-radareenheid DARS.
Adres - AOCS NM, Amersfoortseweg 248, 3886 ZH Garderen[wiki]Vliegbasis De Peel[/wiki] (GGWDP) Groep Geleide Wapens 602,
650,
800,
802,
803,
951,
COLUAJoint Air Defense Centrum, Joint Air Defense School. Alle eenheden van de landmachtluchtdoelartillerie (COLUA) worden hier gelegerd en ge?ntegreerd in het JADC.
Adres - GGW de Peel, Ripseweg 3, 5800 GA Venray[wiki]Logistieke Divisie Rhenen[/wiki] (LDR) Electronische werkplaats LDR Det. Maakt deel uit van LCKLu en gaat vanaf 2010 geheel over naar Woensdrecht.
Adres - LDR, Utrechtsestraatweg 230, 3910 AE Rhenen[wiki]Vliegbasis Deelen[/wiki] Militair Luchtvaart Terrein MLT Det. Als vliegbasis gesloten in 1995. Dient als helikopter oefenterrein en is opstapplaats Luchtmobiel Btn.
Adres - MLT Deelen, Koningsweg, Arnhem[wiki]Vliegbasis Eindhoven[/wiki] (VlbEH) Main Operating Base Luchttransport en hoofdkwartier NATO Movement Coördination Centre Europe (MCCE) 334,
336,
940,
941336 Sqn vanaf 3 oktober 2007, uitgerust met 2 en vanaf 2009 met 4 C-130H Hercules.
Adres - Vlb Eindhoven, Flight Forum 1550, 5600 RA Eindhoven[wiki]Vliegbasis Gilze-Rijen[/wiki] (VlbGZ) Main Operating Base Helikopters 301,
930,
931Defensie Helikopter Commando.
Adres - Vlb Gilze-Rijen, Rijksweg 121, 5120 AA Rijen[wiki]Vliegbasis Leeuwarden[/wiki] (VlbLW) Main Operating Base F-16 322,
323 (TACTES),
303 (SAR),
630,
920,
921,
922Bestemming ongewijzigd. Het 303 (SAR) Squadron onder operationeel bevel Defensie Helikopter Commando.
Adres - Vlb Leeuwarden, Keegsdijk 7, 8900 JB Leeuwarden[wiki]Vliegbasis Soesterberg[/wiki] (VlbSB) Main Operating Base Helikopters 298,
300,
932,
933,
934Eenheden worden verplaatst naar Gilze-Rijen; sluiting per 1 januari 2009 (dit was de eerste Nederlandse vliegbasis uit 1913); onderdeel Defensie Helikopter Commando, onder operationeel bevel CLSK.
Adres - Vlb Soesterberg, Verlengde Palzerweg 1, 3769 ZK Soesterberg[wiki]Vliegbasis Volkel[/wiki] (VlbVK) Main Operating Base F-16 311,
312,
313,
601,
640,
703 (USAF),
900,
901Bestemming ongewijzigd.
Adres - Vlb Volkel, Zeelandsedijk 10a, 5408 ZW Volkel[wiki]Vliegbasis Woensdrecht[/wiki] (KMSL) Opleidingen en logistiek 130,
131,
132,
133,
960Koninklijke Militaire School, Luchtmacht Meteogroep en Logistiek Centrum Luchtmacht.
Adres - KMSL, Kooiweg 40-41, 4630 AB Hoogerheide[wiki]Vliegveld De Kooy[/wiki] Helikopter detachement 7,
860Defensie Helikopter Commando.
Daarnaast is ook personeel van het CLSK in het buitenland gestationeerd en wel bij de volgende onderdelen:
[h3]Het materieel[/h3]
- Opleidingsdetachement Euro-Nato Joint Jet Pilot Training bij de 80th USAF Flyinig Training Wing. Hier worden militaire vliegers van verschillende NAVO-landen opgeleid.
- Nederlands Opleidingsdetachement Apache bij de US Army Fort Rucker. Hier worden de Nederlandse AH-64 Apache opleidingen en trainingen verzorgd.
- Nederlands Training Detachement F-16 bij de Springfield Air National Guard Base. Het voormalige opgeheven 306 sqn dat nu de initi?le en voortgezette opleiding voor F-16 vliegers verzorgt.
[h4]Wapensystemen[/h4]
De gehele slagkracht van het CLSK is gebaseerd op deze 5 wapensystemen:
Wapensysteem Doel Type Locatie Vliegtuigen multirole 72 stuks General Dynamics F-16 MOB Volkel, Leeuwarden, Det Kandahar Afghanistan Helikopters grondsteun 30 stuks McDonnell Douglas AH-64 Apache MOB Gilze-Rijen, Det Afghanistan Grond-luchtraketten luchtverdediging Raytheon MIM-104 Patriot GGW de Peel Lucht-luchtwapensystemen onderschepping AIM-120 AMRAAM, AIM-9 Sidewinder, AN/AAQ-14 target designator system Alle F-16 MOB's Lucht-grondwapensystemen aanval op gronddoelen AGM-65 Maverick, GBU-87 combined effect munitions, Lasergeleide bommen, MK80-serie bommen Alle F-16 en helikopter MOB's
[h4]Ondersteunend materieel[/h4]
Ook beschikt het CLSK over een [wiki]luchtballon|heteluchtballon[/wiki] de PH-SBB, die voornamelijk voor wervings en publiciteits activiteiten wordt gebruikt. [footnote]Luchtmacht zet ballon in, 3 aug. 2007, www.mindef.nl [/footnote]
Soort Aantal Type Transportvliegtuigen 2 KDC-10 tanker/transport Transportvliegtuigen 1 DC-10 Transportvliegtuigen 3 C-130H-30 Hercules (1 in bestelling) Transportvliegtuigen 2 Fokker F60U (vracht) Transportvliegtuigen 2 Fokker F50 (personen) Transportvliegtuigen 1 Gulfstream IV (VIP-vervoer) Transporthelikopters 11 CH-47D Chinooks zwaar/middel Transporthelikopters 17 17 Eurocopter AS 532U2 Cougar) licht/middel SAR helikopters 3 Agusta AB-412SP light utility helikopters 21 Westland Lynx SH-14D light maritime utility helikopters van de opgeheven groep maritieme helikopters (MARHELI) light utility helikopters 4 Aérospatiale Alouette III [footnote]Vier Alouette III helikopters, restant van de 77 die ooit zijn aangeschaft voor artilleriewaarneming, in gebruik voor VIP-taken en ingedeeld als Royal flight bij het 300 Squadron. [/footnote] Lesvliegtuigen 13 Pilatus PC-7-lesvliegtuigen Afweerraketten 24 lanceerinrichtingen voor Patriot [footnote]Initieel 160 PAC2 raketten, in 2007 aangevuld met 50 PAC3 [/footnote][footnote]de ca. 150 verouderde Stinger-raketten zijn overgedragen aan de landmacht[/footnote]
Van de (oorspronkelijk) 213 F-16's werden er 138 op Mid-life update-standaard gebracht. Na vredesverliezen en afstoting door bezuiniging zijn er nu 72 over. Afgestoten toestellen zijn er verkocht aan Chili en Jordani?.
De artillerie waarnemingstaak is geheel door CLAS overgenomen die nu beschikt over 32 radiografisch bestuurbare UAV's van het type [wiki]Sperwer[/wiki] - een modificatie van de Franse Crecerelle, die sinds 1995 in gebruik is bij het Franse leger.
[h3]De toekomst[/h3]
[h4]Jachtvliegtuigen[/h4]
Het Nederlandse bedrijfsleven neemt deel in de ontwikkeling van de [wiki]Joint Strike Fighter[/wiki] (JSF), een geavanceerd multirole-toestel. Bij ondertekening van het contract in 2002 werd er vanuit gegaan dat 138 (daarna verminderd tot 105 en sinds kort tot 72) F-16's vervangen zouden worden door 85 JSF's.
Bij een te hoge stuksprijs werd al rekening gehouden dat dit aantal beperkt zou worden tot 60. Inmiddels is er al op gezinspeeld er zelfs maar 50 aan te schaffen en recentelijk circuleerden berichten in de pers dat de Amerikaanse luchtmacht wellicht geheel zal afzien van de JSF.
De daadwerkelijke beslissing tot aanschaf wordt telkens vooruitgeschoven en recent zijn de Eurofighter, Dassault Rafale en de Saab Gripen weer in de race opgenomen vanwege de tegenvallende compensatieorders voor de JSF.
Op aandringen van de PvdA werd in 2008 een vragenformulier naar zowel het Eurofighter-concern, Dassault als Saab gestuurd om deze te kunnen vergelijken met die van de JSF. Het Eurofighter-concern en Dassault weigerden dit formulier in te vullen, waardoor deze van de lijst van opvolgers zijn gehaald. Saab heeft echter wel het formulier ingevuld, maar aangezien de economische voordelen en werkgelegenheid lager uitvielen dan bij de JSF is er twijfel ontstaan over de Saab Gripen.
Als uitvloeisel van de defensienota van september 2003 zijn 315 Sq met F-16's en 299 Sqn met MBB BO-15C helikopters opgeheven en is [wiki]Vliegveld Twenthe|vliegbasis Twente[/wiki] in 2007 gesloten. Als compensatie voor het banenverlies door de sluiting, is het defensie HRM service center met 400 arbeidsplaatsen nu gevestigd in Enschede. Vliegbasis Soesterberg wordt eind 2008 opgeheven.
Inmiddels zijn MLU F-16's aan Chili en aan Jordani? geleverd. In het kader van nog verder bezuinigingen bij het Ministerie van Defensie worden extra F-16's afgestoten waardoor de operationele kracht tot 72 stuks wordt beperkt.
306 (opleidings-) squadron is in 2007 opgeheven en de 14 vliegtuigen zijn tot medio 2010 verplaatst naar de Springfield Air National Guard Base in Ohio. De initiele vliegeropleiding van jachtvliegers op Tucson Air Force Base, wordt gecombineerd met de aanvullende opleiding op Springfield ANG Base.
[wiki]Transportvliegtuigen[/wiki]
Om het tekort aan transportcapaciteit van de luchtmacht te verhelpen werd in 2004 een derde DC-10 aangeschaft. Dit toestel is vanaf 2007 operationeel en beschikt alleen over vrachtcapaciteit. De twee al aanwezige KDC-10-tankvliegtuigen en de nieuwe DC-10 zijn vanaf eind 2006 door Stork-Fokker gemoderniseerd.
De Fokker 60UTA-N transportvliegtuigen zijn in 2007 uit dienst genomen[footnote]Dutch military aviation OrBat [/footnote]. In 2009 worden ter vervanging 2 ex-US Navy EC-130Q Hercules vliegtuigen afgeleverd. [footnote]De koop betrof 3 exemplaren, waarbij het derde uitsluitend gebruikt wordt voor onderdelen, om de beide anderen weer luchtwaardig te krijgen. [/footnote] die uit Amerikaanse conservatieopslag zijn gekocht. Na aanschaf, in november 2005, worden ze nu luchtwaardig gemaakt en op C-130H-standaard gebracht bij het Engelse bedrijf Marshalls Aerospace in Cambridge.
In 2006 werd bekend gemaakt dat Nederland deelneemt aan een NAVO initiatief om 3 Boeing C-17 Globemaster III transportvliegtuigen aan te schaffen. De vliegtuigen krijgen NAVO markering en Luxemburgse nummers. Het voorgestelde contract heeft een looptijd van 30 jaar en kost jaarlijks tussen de € 50 en € 250 miljoen .
In september 2008 werd door Nederland, de VS, Noorwegen, Polen, Slowakije, Slovenië, Hongarije, Bulgarije, Roemenië, Estland, Letland, Litouwen en de Partnership for Peace landen Finland en Zweden een memorandum of understanding getekend voor de opzet van de Strategische Airlift Capaciteit (SAC) waarmee de komende 30 jaar in NAVO verband wordt geopereerd.
Voor de SAC worden 3500 vlieguren per jaar beschikbaar gesteld en voor alle deelnemende landen wordt jaarlijks het aantal vlieguren vastgesteld. Nederland heeft een aanvraag ingediend voor 500 vlieguren per jaar.
De C-17’s worden uit het NAVO budget aangeschaft en ondergebracht in een nieuwe organisatie, de NATO Airlift Management Organisation/ Agency (NAMO/A). Deze zal ook verantwoordelijk zijn voor al het onderhoud.
Operationeel worden de toestellen ondergebracht in een eveneens nieuwe multinationale NAVO Heavy Airlift Wing die binnen en buiten NAVO grondgebied kan opereren. De standplaats van deze wing wordt Hongarije. Vermoedelijk wordt de eerste C-17 komend jaar al operationeel.
[h4]Helikopters[/h4]
De Groep Helikopters is omgevormd tot Defensie Helikopter Commando (DHC). De [wiki]Marine Luchtvaartdienst[/wiki] is daarin opgenomen. Het DHC is op vliegbasis Gilze-Rijen ondergebracht onder gelijktijdige opheffing van vliegbasis Soesterberg. 12 helikopters blijven voor marinetaken beschikbaar vanaf het vliegveld De Kooy bij Den Helder. De Kooy blijft als civiel vliegveld voor offshore-industrie bestaan.
Het DHC omvat alle toestellen van de Koninklijke Luchtmacht en van de voormalige Groep Maritime Helikopters van de marine en is onder verantwoordelijkheid van de Commandant der Strijdkrachten ondergebracht in het Commando Luchtstrijdkrachten. Het DHC bestaat totaal uit 85 helikopters.
Er worden nog 7 CH-47F transporthelikopters aangeschaft; 2 hiervan dienen als vervanging van de Chinooks die in Afghanistan zijn verongelukt. De CH-47D's die al in dienst zijn worden gemoderniseerd tot ch-47F. Het voornemen is om in de toekomst het totaal op 20 te laten komen. De Cougar helikopters kunnen dan de light-utility taken van de verkochte Bo-105's uitvoeren.
Aangekondigde plannen voor verkoop van 6 van de 30 AH-64D Apache-helikopters gaan niet door; de toestellen blijven behouden vanwege noodzakelijkheid bij uitzendingen van de krijgsmacht in Afghanistan. Hiervoor zijn permanent 6 Apaches uitgezonden die na roulatie compleet moeten worden gereviseerd.
[h4]Luchtverdediging[/h4]
De luchtverdediging van de Koninkljke Luchtmacht bestaat sinds 2004 alleen uit de MIM-104 Raytheon Patriot. Er zijn Patriot PAC-3 raketten aangeschaft die beter dan de oudere versies in staat zijn om ballistische raketten te onderscheppen. [footnote]De PAC-3 heeft geen explosieve lading maar vernietigt het doel door kinetische energie bij inslag. Door het ontbreken van de lading worden brokstukken over een kleiner gebied verspreid. [/footnote]
De verouderde FIM-92 Stinger-raketsystemen zijn overgedragen aan de landmacht die de puntverdediging met dit wapensysteem toegewezen heeft gekregen.
Bij het opzetten van de nieuwe invulling voor luchtverdedigingsmiddelen voor korte afstand (SHORAD - Short Range Air Defence), in het project FGBADS (Future Ground Based Air Defence System) zijn 6 Noorse NASAMS II-lanceersystemen aangeschaft. Deze vormen een aanvulling op de Patriot en samenwerkend maken zij luchtverdediging op verschillende afstanden mogelijk.
De luchtverdediging van land en luchtmacht is geïntegreerd op de Groep Geleide Wapens de Peel in het Joint Air Defense Centrum. Ook de Joint Air Defense School wordt hier gevestigd. Het Commando Luchtdoelartillerie van de landmacht is al overgeplaatst en gelegerd op GGW de Peel; de overige landmacht luchtdoelartillerie eenheden volgen dit jaar nog.
[h4]Commandovoering[/h4]
[h3]Open Dagen[/h3]
Elk jaar worden er in juni Open Dagen Koninklijke Luchtmacht gehouden; gerouleerd wordt tussen de bases Gilze-Rijen, Volkel en Leeuwarden. Er worden vliegshows en demonstraties gegeven en het publiek heeft de gelegenheid diverse vliegtuigen van dichtbij te bekijken.
[h3]Vliegtuigtypen na de Tweede Wereldoorlog[/h3]
[h4]Gevechtsvliegtuigen[/h4]
Type Periode Aantal Squadrons [wiki]Vickers Supermarine Spitfire[/wiki] Mk.IX 1946-1954 35 322 [wiki]North American P-51D Mustang[/wiki] 1946-1950 39 120, 121 [wiki]Gloster Meteor[/wiki] F Mk IV 1948-1957 60 322, 323, 324, 325, 326, 327, 328 [wiki]Gloster Meteor[/wiki] F Mk VIII 1950-1959 160 322, 323, 324, 325, 326, 327, 328 [wiki]Republic F-84G Thunderjet[/wiki] 1952-1956 166 306, 311, 312, 313, 314, 315, 316 [wiki]Republic F-84F Thunderstreak[/wiki]/RF-84F Thunderflash 1955-1970 167 306, 311, 312, 313, 314, 315, 316 [wiki]Hawker Hunter[/wiki] F Mk 4 1956-1964 96 306, 322, 323, 324, 325, 326, 327 [wiki]Hawker Hunter[/wiki] F Mk 6 1957-1968 93 306, 322, 323, 324, 325, 326, 327 [wiki]North American F-86 Sabre|North American F-86K Sabre[/wiki] "Kaasjager" 1956-1964 62 700, 701, 702 [wiki]Lockheed F-104 Starfighter|Lockheed TF-104G/RF-104G/F-104G Starfighter[/wiki] 1962-1983 138 306, 311, 312, 322, 323 [wiki]Northrop NF-5|Northrop NF-5A/B[/wiki] 1969-1992 105 313, 314, 315, 316 [wiki]General Dynamics F-16|General Dynamics F-16AM/BM[/wiki] 1979-heden 213 306, 311, 312, 313, 314, 315, 316, 322, 323
[h4]Bommenwerpers[/h4]
Type Periode Aantal Squadrons [wiki]North American B-25 Mitchell|North American B-25J Mitchell[/wiki] 1942-1950 139 18, 20
[h4]Transportvliegtuigen[/h4]
Type Periode Aantal Squadrons [wiki]De Havilland DH-89B Dominie[/wiki] 1944-1956 4 334 [wiki]Avro Anson Mk.1[/wiki] 1947-1953 25 334 [wiki]Douglas C-47 Skytrain[/wiki] 1949- ? ? 19, 20, 334, 336 [wiki]Beechcraft T-7 Navigator[/wiki] 1950-1953 28 - [wiki]Fokker F-27[/wiki] Friendship/Troopship 1960-1996 12 334 [wiki]Fokker F-50[/wiki] 1996- 2 334 [wiki]Fokker F-60|Fokker F-60U[/wiki] 1996-2007 4 334 [wiki]McDonnell Douglas KDC-10/30[/wiki] 1995- 2 334 [wiki]McDonnell Douglas DC-10/30[/wiki] 2004- 1 334 [wiki]Lockheed C-130 Hercules|Lockheed C-130H-30 Hercules[/wiki] 1994- 2 334,336 [wiki]Lockheed C-130 Hercules|Lockheed C-130H Hercules[/wiki] 2007- 2 336 [wiki]Gulfstream IV[/wiki] 1995- 1 334
[h4]Lesvliegtuigen[/h4]
Type Periode Aantal Squadrons [wiki]De Havilland DH82 Tiger Moth[/wiki] 1946-1960 56 - [wiki]North American T-6 Texan/Harvard[/wiki] 1946-1968 200 - [wiki]Fokker S-11[/wiki] Instructor 1948-1973 39 - [wiki]Gloster Meteor[/wiki] T Mk VII 1948-1959 45 313, 322, 323, 324, 700 [wiki]Lockheed T-33A Shooting Star[/wiki] 1953-1972 60 306, 313 [wiki]Fokker S.14[/wiki] 1955-1967 20 306 [wiki]Hawker Hunter[/wiki] T Mk 7 1958-1968 20 323, 324, 325, 326 [wiki]Pilatus PC-7[/wiki] 1989- 13 -
[h4]Verkenners- en light utility vliegtuigen[/h4]
Type Periode Aantal Squadrons [wiki]Auster Mk.3[/wiki] 1946-1952 20 298, 334 [wiki]Piper Supercub[/wiki] L-18C/L-21A/L-21B 1952-1976 162 298, 299, 300 [wiki]De Havilland Canada DHC-2 Beaver[/wiki] 1956-1974 9 300,334
[h4]Maritieme verkenners[/h4]
Type Periode Aantal Squadrons [wiki]Fokker F-27|Fokker F-27 Maritime[/wiki] 1981-2000 2 336 [wiki]Fokker F-60|Fokker F-60U[/wiki] 2005-2007 2 -
[h4]Helikopters[/h4]
n.b.: De squadrons 18, 19, 120 en 121 waren gestationeerd in het voormalig Nederlands-Indië en maakten deel uit van de [wiki]Militaire Luchtvaart van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger[/wiki].
Type Periode Aantal Squadrons [wiki]Hiller H-23 Raven[/wiki] 1955-1964 36 298, 299, 300 [wiki]Aérospatiale Alouette II[/wiki] 1959-1966 8 298, 322 [wiki]Aérospatiale Alouette III[/wiki] 1963- 77 298, 299, 300 [wiki]MBB Bo-105C[/wiki] 1975-2004 30 298, 299 [wiki]Agusta-Bell 412SP[/wiki] 1994- 3 303 [wiki]Eurocopter Cougar AS 532U2[/wiki] 1996- 17 300 [wiki]Boeing-Vertol Chinook CH-47|Boeing-Vertol Chinook CH-47D[/wiki] 1995- 13 298 [wiki]Boeing-Vertol Chinook CH-47|Boeing-Vertol Chinook CH-47F[/wiki] 2008- 6 298 [wiki]AH-64 Apache|Apache AH-64A[/wiki] 1996-2001 12 301,302 [wiki]AH-64 Apache|Apache AH-64D[/wiki] 1998- 30 301,302